De nieuwe stimuleringsregeling voor duurzame energie biedt voor windenergie op land kansen, maar dan wel enkel voor projecten op windrijke locaties. Doordat expliciet is gekozen voor deze locaties, zullen veelal meer landinwaarts gelegen projecten en locaties waar minder hoog gebouwd mag worden, afvallen. Dat kan effect hebben op het halen van de kabinetsdoelstelling (een verdubbeling van opgesteld vermogen in 2011/2012), aldus een persbericht van de Nederlandse Windenergie Associatie (NWEA).

 

De Stimuleringsregeling Duurzame Energie (SDE) gaat ervan uit dat het gemiddelde project 2.200 vollasturen per jaar haalt. Daarmee kiest de Minister van Economische Zaken expliciet voor de meer windrijke locaties en hogere turbines. Aan de projecten die dreigen af te vallen, is door initiatiefnemers vaak al jaren gewerkt.

 

NWEA pleit voor meerjarige duidelijkheid voor initiatiefnemers en investeerders. Nu wordt die alleen voor 2008 geboden, niet voor projecten waarvan de vergunningen in 2009 en later verkregen worden. Een gemiddeld project vergt jaren voorbereiding. Wel is NWEA tevreden dat een einde is gekomen aan de lange periode zonder stimuleringsregeling die begon met het stopzetten van de MEP (de voorganger van de SDE) in augustus 2006. Veel projecten verdwenen toen in de ijskast, de ontwikkeling van duurzame energie werd afgeremd.

 

Eerder al heeft NWEA kanttekeningen geplaatst bij het feit dat de investeringsregeling voor windenergie per 1 januari drastisch verslechterd is. Dit effect wordt in de SDE voor individuele projecten gecompenseerd, maar het totale budget voor windenergie is wel veel lager. NWEA plaatst ook kanttekeningen bij verschillende berekeningen in de nieuwe stimuleringsregeling. Zo wordt uitgegaan van 8% lagere gemiddelde investeringskosten dan door NWEA, op basis van actuele gegevens van projecten, voorgesteld.

 

De SDE zal in 2008 nog niet gelden voor wind op zee. Volgens de Minister worden de eerste nieuwe vergunningen voor wind op zee pas in 2009 verleend. NWEA vindt het volstrekt onduidelijk waarom de overheid op dit moment geen vergunningen wil verlenen. Diverse initiatiefnemers hebben de afgelopen jaren m.e.r.‑procedures gestart en vergunningaanvragen ingediend. De indruk ontstaat dat de overheid zoekt naar manieren om maar geen besluit over deze aanvragen te hoeven nemen.

 

NWEA, 11 februari 2008