De gemeente Wieringermeer maakt binnenkort tweemaal tien mille over op de rekeningen van twee inwoners van het buitengebied. Die krijgen dat geld omdat de waarde van hun woningen is gedaald door een gedeeltelijke herziening van het bestemmingsplan buitengebied, waardoor windturbines ‘opgeschaald’ kunnen worden.

 

Een van de ‘gelukkigen’ is de heer Hak, die een huis bewoont aan de Schelpenbolweg. Twee jaar terug diende hij bij de gemeente een planschadeverzoek in omdat zijn buurman een hogere windmolen mocht neerzetten. Als gevolg van die planologische verslechtering is de waarde van zijn woning volgens hem met 120.000 euro gedaald. Een hoop geld, waar de gemeente zijn vraagtekens bij plaatst.

 

De door de gemeente ingehuurde planschadebeoordelingscommissie kwam uit op een heel ander bedrag: 9500 euro. Volgens deze commissie is de planschade te beoordelen als ‘gering’. Het planologische ‘nadeel’ van de eigenaren van de woning zou vooral betrekking hebben op geluidshinder en een verlies van uitzicht.

 

Datzelfde geldt min of meer voor de heer Spaargaren, die een woning bewoont aan de Nieuwesluizerweg 15. Zijn buurman heeft eveneens een windmolen, die een negatief effect heeft op de waarde van zijn stulpje. En die waardedaling van zijn huis, wil de man graag vergoed zien in het kader van de planschaderegeling.

 

Die compensatie krijgt hij, maar ook in dit geval houdt de gemeente de vinger op de knip. De man krijgt tienduizend mille planschadevergoeding. Dat is volgens de planschadebeoordelingscommissie het bedrag dat zijn woning in waarde is gedaald. De windmolen bevindt zich op een afstand van 270 meter van de woning van Spaargaren. Het gaat echter niet om de feitelijke plaats van de windmolen, maar om de plaats waar hij volgens het bestemmingsplan eventueel zou mogen staan.

 

De planschades vloeien voort uit het besluit van de gemeente om het bestemmingsplan buitengebied deels aan te passen. Dat gebeurde om de bouw van hogere windmolens mogelijk te maken. De ashoogte werd verhoogd van veertig naar vijftig meter en de rotordiameter ging van achttien meter naar ruim vijftig meter. Het bestemmingsplan werd aangepast op verzoek van windboeren, die meer stroom wilden opwekken. Dat leverde meer geld op.

 

De hoge solitaire windmolens, die enkele jaren geleden nog mogelijk werden gemaakt door het bestemmingsplan aan te passen, zijn de gemeentelijke beleidsmakers inmiddels een doorn in het oog. De gemeente wil de solitaire molens, die een onrustig beeld veroorzaken in het landschap, het liefst bij elkaar zetten in een windpark. De windmoleneigenaren lijken daaraan mee te willen werken, maar wel onder de voorwaarde dat ze ruimschoots worden gecompenseerd.

 

Het voorstel om Hak en Spaargaren een planschadevergoeding toe te kennen, werd afgelopen donderdag behandeld in de gemeenteraad. De raadsleden beseften dat ze er niet onderuit konden en maakten er daarom ook niet veel woorden aan vuil.

 

Wieringermeerbode, 27 januari 2007