De twee laagvliegroutes van Defensie boven Overijssel belemmeren de geplande bouw van windturbines in Zwolle en Almelo. Gedeputeerde Staten van Overijssel en de beide gemeentebesturen vragen de staatssecretaris van Defensie in een brief om maatregelen te nemen. 

 

Dat meldde een woordvoerder van de provincie woensdag. De problemen speelden al voor het incident in de Bommelerwaard, waar een helikopter van Defensie op een laagvliegroute een hoogspanningsleiding raakte, aldus de provincie.

Militaire vliegtuigen mogen op de route tot minimaal 75 meter hoogte vliegen. Windturbines zijn vaak hoger dan dat. In het gebied tussen Zwolle en Dalfsen zijn plannen voor een windmolenpark. Ook in Almelo wil men windmolens bouwen. ,,Daar gaat het om mogelijk zes tot acht turbines. Eerder zijn er daar geen panden in aanbouw geweest die een belemmering vormden voor de route.”

In de brief wordt er onder meer op aangedrongen snel duidelijkheid te verschaffen over de laagvliegroute boven Zwolle. Defensie heeft het gebruik van deze route in onderzoek. Een andere mogelijkheid is om de toegestane hoogte van de vliegbewegingen te veranderen, aldus de provincie.

Defensie meldt in een reactie dat het structuurschema militaire terreinen waarin de laagvliegroutes staan, dit jaar wordt geëvalueerd. Tot de uitkomsten daarvan bekend zijn, houdt Defensie vast aan de voorwaarden die gelden voor de bouwhoogten, aldus een woordvoerster van het departement.

Defensie heeft de laagvlieggebieden nodig voor het trainen van onder meer helikopterpersoneel en ook voor oefeningen voor missies zoals die in de Afghaanse provincie Uruzgan.

ANP, 31 januari 2008