Rechterlijke uitspraken WOZ-waarde i.v.m. windturbines

 

Gerechtshof Arnhem, belastingkamer

Zaaknummer: 06/00305

Datum van uitspraak: 26-07-2007

(niet gepubliceerd)

 

 

In deze zaak gaat het om de WOZ-waarde van een bedrijfswoning nabij een windturbine. Tot op heden werd in de jurisprudentie de waardedrukkende invloed van een nabije windturbine op de WOZ-waarde van een bedrijfswoning verwaarloosbaar klein geacht. De waarde wordt vooral bepaald door bedrijfseconomische factoren. In deze zaak echter komen partijen tot een compromis: de WOZ-waarde dient te worden verlaagd met 20% op grond van de nabijheid van een windturbine.

 

Samenvatting

 

De eigenaar van een bedrijfswoning in de gemeente Noordoostpolder maakt bezwaar tegen de vastgestelde WOZ-waarde van zijn bedrijfswoning op grond van een windturbine met een ashoogte van 38 meter op circa 130 meter afstand. De heffingsambtenaar verlaagt de WOZ-waarde met 5%. De eigenaar neemt hier geen genoegen mee en gaat in beroep bij de rechtbank Zwolle-Lelystad.

Voor de rechtbank geeft de gemeente als haar mening dat de windturbine helemaal geen waardedrukkend effect heeft bij een bedrijf, immers de bedrijfseconomische factoren spelen een overwegende rol voor de waarde. De gemeente onderbouwt deze stelling met referentie-objecten. De rechtbank is van oordeel dat het gelijk aan de zijde van de gemeente is.

 

De eigenaar gaat vervolgens in hoger beroep bij het gerechtshof.

Tijdens de zitting komen partijen overeen dat het waardedrukkend effect door de nabij gelegen windturbine dient te worden vastgesteld op 20%.

Het gerechtshof beslist aldus.

 

 

 

 

 

Woerden, 06-08-2007

Roeland van Rooij